Elske Doets in De Ondernemer: Zesjescultuur
Zo voorkomt Elske Doets dat de beoordelingen afglijden naar een zesjescultuur
In Nederland zijn we terughoudend in het eerlijk benoemen van iemands kwaliteiten en valkuilen. Met als gevolg dat je snel afglijdt naar een zesjescultuur. Laat het niet gebeuren, zegt Elske Doets in haar nieuwste blog in De Ondernemer.
Onlangs was er een jury bijeen om voor de vijfde keer de winnaar aan te wijzen van de Young Lady Business Academy (YLBA). Omdat het een begeerde titel is, is er groeiende druk om de keuze voor een bepaalde kandidaat te kunnen verantwoorden. Juryleden kunnen nog zo bekwaam zijn in het uitleggen waarom ze enthousiast zijn over een video, toespraak of zakelijke pitch van een bepaalde kandidaat, dan nog blijft de vraag waar dat enthousiasme precies vandaan komt en of andere kandidaten, met hun kwaliteiten en optredens, niet net zoveel lof verdienen.
Uiteindelijk bereik je het punt waarop het onvermijdelijk wordt heldere beoordelingscategorieën te formuleren. En die in een door velen verafschuwd excelsheet onder elkaar te zetten. Zelf kan ik zo’n poging tot objectiviteit (of beter: schijnobjectiviteit) nog zo weinig zien zitten, ‘transparantie’ is nu eenmaal een toverwoord in de hedendaagse managementlogica.
Toen de jury met het excelsheet aan de slag ging, ontspon zich een door mij gevreesde dynamiek. Niet alleen is het lastig om van tientallen kandidaten nog precies te weten hoe ze op een hele serie onderdelen daadwerkelijk gepresteerd hebben. Tevens zag ik gebeuren hoe juryleden bevangen werden door de angst mensen te beschadigen, waardoor het tamelijk nietszeggende cijfers (zesjes en zeventjes) begon te regenen. Terwijl het omgekeerde – een kraakheldere polaroidfoto maken van iemands kwaliteiten en valkuilen – het doel zou moeten zijn.
Het actief creëren van middelmaat lijkt me een chronische eigenschap van Nederland en het Nederlandse onderwijssysteem. In plaats van de individuele kwaliteiten te willen ‘zien’, kiezen we ervoor terughoudend en globaal naar iemand te kijken en die persoon vooral niet via een rapportcijfer 3, 2 of 1 door een ondergrens te laten zakken. Kennelijk weegt het zwaarder personen ‘erdoorheen te trekken’ dan hen eerlijk en gedetailleerd te beoordelen. Doodzonde.
Zelf zoek ik altijd naar: waar blinkt iemand in uit? Waar scoort iemand een 9 of 10 voor? Als je daar de vinger op legt en dat durft te benoemen, schiet zelfvertrouwen en doelgerichtheid, en daarmee het levensgeluk, van de beoordeelde dikwijls omhoog. Door de grauwsluier af te werpen en eerlijk te oordelen, met positieve en negatieve uitschieters, help je mensen, bedrijven en de economie uiteindelijk een sprong voorwaarts te maken.
Voor volgend jaar overweeg ik de mogelijkheid een zes te geven te schrappen. En als ik in een stoutmoedige stemming ben, doe ik ook de vijf en de zeven in de ban.
Bron: De Ondernemer